Gebruiken jullie al het papier van PaperWise dat een 47% minder grote footprint kent dan FSC papier?

Graag wil ik jullie wijzen op PaperWise, een onderneming die papier en karton dat uit landbouwafval geproduceerd wordt verkoopt. Gebruik van PaperWise papier en karton verlaagt de ecologische voetafdruk met 47% en vergroot de welvaart in ontwikkelingslanden. Kijk op http://www.paperwise.eu voor prijsstaffels/webshop om direct te bestellen of bel rechtstreeks met +31(0)492 849 575

PaperWise producten worden gemaakt van landbouwafval, stengels en bladeren die overblijven na de oogst. Deze nieuwe generatie papier en karton van hoogwaardige kwaliteit, verkleint de ecologische voetafdruk met 47% in vergelijking met FSC papier van houtvezels en 29% ten opzichte van gerecycled papier(bron: LCA-quickscan IVAM Universiteit van Amsterdam). PaperWise geeft agrarisch restmateriaal een 2e leven. Wise With Waste in een biobased, circulaire, economie.

In Europa verbruiken we jaarlijks 76.000.000.000 kilo papier en karton (bron: CEPI) Een volume zo veel als 5 miljoen volle vrachtwagens. Tijdens de productie komt meer dan 100 miljard kilo CO₂ vrij. Met PaperWise verkleinen gebruikers hun ecologische voetafdruk en kan PaperWise precies berekenen hoeveel CO₂ bespaart kan worden.

Papier en karton van PaperWise worden geproduceerd in fabrieken in India en Colombia die van grote betekenis zijn voor de ontwikkeling van deze lokale communities. Er wordt geïnvesteerd in scholing en gezondheidszorg en het fabricage proces is gericht op veiligheid, zero waste en behoud van ecologie.

PaperWise neemt haar ketenverantwoordelijkheid serieus en ziet erop toe dat de productie volgens internationale MVO richtlijnen gaat en liefst nog beter.

Toekomst lijkt er somber uit te zien voor managers (FD 01-12-2014)

Ooit vroeg men zich af, bijvoorbeeld na een catastrofale gebeurtenis als een aardbeving of een tsunami, of het bestaan van God te rechtvaardigen viel. Nu we in andere tijden leven is deze vraag vervangen door een andere: is het bestaan van de manager nog te rechtvaardigen?

Er zijn in principe twee legitimaties van de manager: een bedrijfskundige en een historische. Vanuit bedrijfskundig standpunt is de manager niets anders dan de logische uitkomst van de taakverdeling die kenmerkend is voor bureaucratieën. We verdelen taken, omdat dit efficiënt is. Omdat de verdeelde taken het werk ook dommer maken, ontstaat er in een bedrijf of organisatie behoefte aan een nieuw soort intelligentie: iemand die al die verdeelde taken weer aan elkaar plakt. De persoon die dat doet zijn we manager gaan noemen. Zelf spreken managers meestal niet van ‘plakken’, maar van ‘coördineren’, ‘afstemmen’ of ‘dingen regelen’. Essentieel is dat hun taak communicatief is. Managers vergaderen, overleggen, houden functioneringsgesprekken of e-mailen. Wat de engelen ooit in de katholieke kerk waren, zijn de managers in de moderne organisatie: boodschappers.

De historicus ziet het doorgaans iets anders. Ooit had je kapitaal en arbeid. Die zijn in conflict met elkaar, want de kapitalist buit de arbeider uit en de arbeider pikt dat niet. We kennen de marxistische analyses. Marx voorspelde dat het tot een opstand van de arbeiders zou komen. Daarvan is in grote delen van de wereld weinig terechtgekomen. De kapitalist vroeg namelijk sommige arbeiders of ze in ruil voor betere werkomstandigheden en hoger salaris hun voormalige soortgenoten mee wilden koeioneren. Als je dat eenmaal vraagt aan de arbeiders, dan is het gedaan met hun revolutionaire neigingen. Ze worden manager. Ze willen niets anders meer worden. Management is vanuit historisch perspectief niets anders dan een manier waarop het kapitalisme de neiging tot opstand heeft onderdrukt.

Het kapitalisme moet managers dus dankbaar zijn. Maar de eerste grote aanval kwam in de hoogtijdagen van het neoliberalisme, het begin van de jaren negentig. Sommige managementgoeroes — denk aan Michael Hammer of James Champy — bedachten toen slimme ideeën om organisaties na de taakverdeling nog efficiënter te maken. Ze vonden dat de mensen die de verdeelde taken uitvoeren zelf in staat zijn, met behulp van informatietechnologie, hun eigen werk te coördineren. Daar hadden ze geen managers meer voor nodig. Om hun argumenten kracht bij te zetten, stelden ze dat er in organisaties ‘echt werk’ en ‘onecht werk’ gedaan wordt. Het enige wat bedrijven moeten doen om aandeelhouders tevreden te stellen is onecht werk elimineren. Men sprak, net als de Marxisten, van een bedrijvenrevolutie en iedere revolutie maakt slachtoffers. Waren het eerst de kapitalisten, nu zijn het de managers of de bestuurders die helemaal niets doen.

Binnenkort verschijnt het nieuwe boek van de anarchistische antropoloog David Graeber onder de titel Bureaucracy . Graeber schreef eerder een veelgeprezen boek over schuld. Het is interessant dat een antropoloog zich wijdt aan de bureaucratie. Meestal zijn antropologen alleen maar geïnteresseerd in exotische mensen in het regenwoud of de woestijn. Graeber spoort zijn lezers aan zich ook eens te verdiepen in de banale omstandigheden van de werkende mens. Hij maakt, geheel in lijn met de managementgoeroes uit de jaren negentig, een onderscheid tussen ‘jobs’ en ‘bullshit jobs’. De bullshit jobs zijn de jobs van managers. Het erge van die bullshit jobs is dat ze mensen met gewone jobs dwingen ook meer bullshit te doen. Denk hier aan de administratieve druk die iedereen voelt. Mensen met gewone jobs worden hier doodongelukkig van. Graebers voorstel: schaf de bullshit jobs af en laten we weer vooral gewone jobs doen! Nu is dat niet voor iedereen weggelegd: robotisering en informatisering bedreigen de werkgelegenheid. Graeber heeft een uitweg uit dit dilemma: geef iedereen een basisinkomen en onze economie staat er beter voor dan wanneer we de helft van de bevolking bullshit jobs laten doen. Kortom, we hoeven helemaal geen slachtoffers te maken.

Is dit een verleidelijke redenering? Ik denk dat de specialisten in het Dokkumse ziekenhuis De Sionsberg, die vorige week de managers van alles wat slecht was de schuld gaven, deze vraag bevestigend zullen beantwoorden.

René ten Bos is hoogleraar filosofie aan de faculteit der managementwetenschappen van de Radboud Universiteit.